Een gids voor organische labels
Etiketten voor biologisch voedsel kunnen er allemaal anders uitzien, maar hun formulering wordt strikt gedefinieerd door het Amerikaanse ministerie van Landbouw. Dit is wat u moet weten.
Brian Henn
U.S. Department of Agriculture 100 procent organisch: Dit is de gouden standaard. Het is van toepassing op fruit, groenten, vlees, gevogelte en verpakte levensmiddelen die zijn gecertificeerd door overheidsinstanties met een vergunning van de USDA. Het betekent dat de boer het product heeft grootgebracht zonder synthetische pesticiden of meststoffen, antibiotica, genetisch gemanipuleerde zaden, bestraling of zuiveringsslib te gebruiken. Biologische dieren moeten gecertificeerd biologisch voer eten dat geen groeihormonen of dierlijke bijproducten bevat. Bereid voedsel moet 100 procent gecertificeerde biologische ingrediënten bevatten. De kleine stickers op afzonderlijke groenten en fruit geven aan of een artikel als biologisch is gecertificeerd.
Biologisch: Deze term is voor verpakte levensmiddelen met meer dan één ingrediënt, zoals soepen, ontbijtgranen en koekjes. Het zorgt ervoor dat ten minste 95 procent van die ingrediënten biologisch worden geteeld en dat de resterende 5 procent wordt goedgekeurd door de National Organic Standards Board (NOSB) van USDA. De NOSB heeft bijvoorbeeld een lijst met niet-synthetische pesticiden die zijn goedgekeurd voor biologische landbouw.
Gemaakt met organische ingrediënten: Bereide voedingsmiddelen met deze beschrijving moeten ten minste 70 procent organische ingrediënten bevatten, waarvan er drie op de verpakking moeten worden vermeld. De niet-organische moeten NOSB-goedgekeurd zijn.
Vrije uitloop: USDA-voorschriften staan een ruime definitie toe bij deze term. Vrije uitloop kan betekenen dat de kippendeur vijf minuten per dag openstaat, ongeacht of de kippen naar buiten gaan.
Natuurlijk: Geen overheidsinstantie regelt het gebruik van dit woord.